Het onderzoek naar de verdwijning en dood van Charlene Downes is een van de langstlopende onderzoeken van Lancashire Constabulary in het midden van het Verenigd Koninkrijk. Charlene was 14 jaar oud toen ze op 3 november 2003 als vermist werd opgegeven in haar huis in Blackpool. Op 1 november 2003, de dag dat ze voor het laatst werd gezien, had Charlene enige tijd met haar zus doorgebracht. Ze waren naar de winkelpromenade geweest en hadden op de fruitmachines van de amusementshal Coral Island gespeeld voordat ze naar een McDonald's-restaurant gingen. Rond 18.45 uur liepen ze naar Church Street, waar hun moeder folders aan het uitdelen was, om haar gedag te zeggen. De drie praatten met elkaar voordat Charlene’s zus besloot naar huis te gaan. Charlene belde een paar vrienden in de telefooncel op Leopold Grove en sprak met hen af voordat ze afscheid nam van haar moeder. De meisjes gingen samen weg. Charlene bleef een tijdje bij hen voordat ze in de richting van Caunce Street vertrok.
UPDATE Probleem pilot toepassing forensisch genetische genealogie: het ontbreken van cold casecultuur en -beleid minister Justitie en Veiligheid
UPDATE Problemen worden nauwelijks opgelost, er komen slechts meer en meer problemen. Dat is wel een beetje het adagium rond de centrale overheid in relatie tot de aanpak van cold cases en vermiste personen. De Inspectie Justitie en Veiligheid en het WODC zetten bijvoorbeeld nog steeds geen stappen richting kwalitatief toezicht en onderzoek rond het proces van de aanpak van cold cases en vermiste personen. Dat dit wel degelijk nodig is blijkt wel uit het gehele ambtelijke traject rond de inzet van DNA-technieken in cold cases en vermiste personen. Het is schokkend om te lezen hoe bijna amateuristisch men te werk gaat en waar kennis en ervaring ontbreekt om dit vanuit het departement op een proactieve wijze te sturen. Het is het departement gelukt om alle belangrijke organisaties als het Openbaar Ministerie, de Nationale Politie en het Nederlands Forensisch Onderzoek onderling in verwarring te brengen. De departementen constateren dat het wetgeving-technisch niet (altijd) mogelijk is om