In de hoop de identiteit vast te stellen van een vrouwelijk slachtoffer van een moord in 1975 heeft het onderzoeksteam een lichaam opgegraven. Alleen de verrassing en teleurstelling was groot, het onderzoeksteam trof het lichaam aan van geheel iemand anders. Het onderzoeksteam maakte gebruik van een beschikbare schets van de begraafplaats. Het slachtoffer werd in een kuil gevonden op 216 augustus 1975 en haar identiteit is altijd onbekend gebleven. Diverse onderzoeken hebben plaatsgevonden maar zonder resultaat. Ook heeft zich nimmer familie gemeld die een aangifte van vermissing deden. Ook de dader is nog steeds spoorloos. Het onderzoeksteam wil nu DNA gaan gebruiken in combinatie met genealogie. Maar dit kan niet eerder plaatsvinden voordat ze het ooit begraven lichaam hebben gevonden op de begraafplaats. Helaas ligt het slachtoffer op een verlaten begraafplaats waar geen complete archieven van bekend zijn. Over het gehele terrein liggen naamloze graven en is niet uit te sluiten dat er nog andere lichamen liggen onder de grond. Samen met een persoon die bekend is met het terrein wordt nu alsnog gekeken of het lichaam ergens gevonden kan worden. De hoop is nog gevestigd op een sonar die wellicht de metalen kist kan detecteren tussen alle houten kisten.
In Nederland wordt ook veel onderzoek gedaan om identiteiten vast te stellen van onbekende doden die in Nederland nog liggen begraven. Dit zijn onbekende doden niet alleen van mogelijke misdrijven of zelfdodingen, maar ook (aangespoelde) onbekende zeeslachtoffers en slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog worden nog in diverse projecten onderzocht. Naast de politie doet bijvoorbeeld ook de Bergings- en Identificatiedienst van Defensie specifiek zoekwerk. In Nederland liggen ongeveer driehonderd (300) onbekende doden begraven.
Lees hier het hele artikel over de zaak.