UPDATE Drama voor nabestaanden. Specialistische speurhond niet in Nederland. Reden: Geen geld bij Nationale Politie. Defensie: Geen interesse.
UPDATE 29-03-2023 In het buitenland worden zogenaamde archeologische (inmiddels ook genealogische) speurhonden toch met goede resultaten ingezet. Dusdanig succesvol dat het voor cold cases en vermiste personen een interessante optie kan zijn om in te zetten naast de fysieke technische middelen die worden ingezet, bijvoorbeeld door de bergings- en identificatiedienst van defensie. Het is alweer 2022 geweest dat er volop aandacht is geweest voor deze nieuwe vorm van speuren door honden. Aangegeven werd dat de buitenlandse resultaten voldoende aanleiding geven om dit in Nederland ook op te zetten, zeker in de vorm van een privaat publieke samenwerking. De particuliere organisaties, zoals diverse stichtingen, die zich bezig houden met speurhonden hebben al aangegeven zeker de samenwerking aan te gaan met de publieke partijen zoals het Openbaar Ministerie, de Nationale Politie en defensie.
Een obstakel leek te zijn het over de beschikking hebben van menselijk restmateriaal als oefenmateriaal, echter diverse overheidspartijen hebben al aangegeven dat het verre van onmogelijk is om hier mee te oefenen voor dit doel. Menselijke restmaterialen worden ook op andere gebieden al gebruikt voor empirisch en wetenschappelijk onderzoek binnen universiteiten en andere onderzoeksinstituten.
Dat de archeologisch honden een meerwaarde kunnen hebben blijkt onder andere uit het feit dat de fysieke technische middelen van bijvoorbeeld defensie niet altijd overal ingezet kunnen worden. Alleen al het feit dat delen van de natuur niet toegankelijk zijn met fysieke technische middelen maakt de inzet van een dergelijke specialistische speurhond natuurlijk wenselijk. Ook blijkt uit het wetenschappelijk onderzoek dat een dergelijke speurhond ander soortige resultaten boekt, wat natuurlijk de kans op het vinden van menselijk restmateriaal ouder dan 15 jaar groter maakt.
De vraag is natuurlijk waarom het zo enorm rustig blijft binnen het publieke veld, terwijl de private partijen staan te trappelen om een trainings- en opleidingsprogramma te ontwikkelen voor dit doel. De specialistische honden zijn inzetbaar voor archeologische doelen, bij "niet-strafrechtelijke" vermiste personen, binnen "strafrechtelijke" cold cases en Nederland kan een bijdrage leveren op internationaal niveau. Nederlandse speurhonden hebben namelijk een enorm goede naam in het buitenland en de kans ligt er nu om deze te continueren. De angst voor een "enge en beperkte" inzet van de specialistische speurhond kan dus naar het land der fabelen.
Een rondvraag bij enkele publieke diensten levert een ernstig teleurstellende conclusie op:
De bergings- en identificatiedienst geeft aan dat het geen interesse heeft in de archeologische honden, omdat tests uit het verleden hebben laten zien dat de honden geen meerwaarde hebben. Het zou een test zijn geweest met een gerenommeerde privaatrechtelijke speurhondenorganisatie. Bij navraag bij de betreffende speurhondenorganisatie blijkt het om een heel ander verhaal te gaan: het waren tests met speurhonden die niet specialistisch waren opgeleid voor dit doel, maar slechts deels. Deze honden zouden in de verte niet voldoen aan de kwalificaties van de buitenlandse archeologische honden. Bij terugkoppeling bij de bergings- en identificatiedienst wilde men verder geen commentaar geven en te vertrouwen op hun eigen fysiek technische middelen.
Bij de specialistische afdeling van de Nationale Politie die zich bezig houdt met vermissingen was men niet op de hoogte van het bestaan van dit soort honden. Wel was men bereid om binnen het eigen korps eens een rondvraag te doen bij de eigen hondenspecialisten. Deze kwamen met de mededeling dat men wel van het bestaan wist en aangaf dat het zeker een interessante optie is om verder uit te lopen als opsporingsmiddel. De vertegenwoordiger van de Nationale Politie gaf aan zeker verder te gaan met de verkenning als het gaat om vermiste personen en de eventuele inzet van deze archeologische honden.
Wel kon de vertegenwoordiger van de Nationale Politie aangeven dat tot op heden geen samenwerking met de private partijen tot stand is gekomen alsmede geen opleidings- en trainingsprogramma door het gebrek aan geld of financiering.
Een drama voor nabestaanden: Geen gezamenlijke publiekprivaatrechtelijke samenwerking om te komen tot een opleidings- en trainingsprogramma voor archeologische honden door het gebrek aan financiering (geld).
De roep om een overkoepelende cold case- en vermiste personenorganisatie die zich bezig gaat houden met dit soort onderwerpen wordt steeds luider. Nabestaanden en de private sector hebben keer op keer te maken met een gefragmenteerde niet slagkrachtig publiek stelsel.
----------------------------------------------------------
UPDATE - Het onderzoeksteam en de begeleiders van de archeologische hond die zijn ingezet in een vermissingszaak in Zweden hebben te horen gekregen dat na carbon-onderzoek het wel degelijk gaat om menselijke botten. De archeologische hond sloeg in zeer moeilijke omstandigheden aan op de geur van menselijk botmateriaal. De osteoloog had ter plaatse bij het vinden al aangegeven dat het om een menselijk bot zou gaan van minimaal 50 jaar oud. Helaas is het niet van de vermiste persoon, maar het blijkt te gaan om een bot uit de 13e eeuw.
Inmiddels is al bij de Nationale Politie en het NFI aangegeven dat de inzet van archeologische honden een nieuwe methodiek is in Nederland bij vermiste personen.
-----------
In een eerder artikel is aandacht besteed aan een type speurhonden waarvoor in Nederland (nog) geen programma is opgezet of dit soort honden nog niet zijn ingezet in vermissingszaken. In het buitenland zijn echter successen behaald met dit soort type speurhonden die zijn getraind om menselijk bot te vinden. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat speurhonden hoogstens sporen kunnen achterhalen van menselijke resten als dit niet langer dan 20 of 25 jaar geleden is. Dit is ook nog eens afhankelijk hoe intensief de spoorvorming als bloed en andere menselijke resten geconcentreerd zijn op de plek waar wordt gezocht. De specialistische honden in het buitenland zijn echter dusdanig getraind dat zij alleen reageren op menselijk bot. Gister werd een bericht ontvangen van het speurhondenteam dat deze specialistische honden zijn ingezet bij een vermissingszaak in 1972, precies vijftig jaar geleden. De kans dat andere speurhonden iets zouden vinden is nagenoeg uitgesloten. De zoektocht heeft plaatsgevonden op een afgelegen stortplaats. Uit informatie zou blijken dat de vermiste persoon hier zou kunnen liggen. Na enige twijfel van de opsporingsdiensten in het vertrouwen van het opsporingsmiddel heeft de speciaal getrainde speurhond drie plaatsen aangewezen op de stortplaats alwaar menselijke resten zouden liggen. Het onderzoeksteam heeft direct de zoeking stopgezet en is gericht gaan graven op de aangewezen plaatsen. Bij het graven werd inderdaad een bot aangetroffen en onderzocht door de osteoloog van de forensische dienst. Uit een eerste beoordeling blijkt het wel degelijk te gaan om een menselijke onderarm, waarbij de osteoloog wel aanmerkte dat het bot mogelijk ouder kan zijn dan vijftig jaar. Het team gaat deze week verder met het onderzoek op de afgelegen stortplaats.
Op de achtergrond wordt nauw samengewerkt met de specialistische K9-unit om de kennis en ervaring ook over te brengen naar Nederland. Een bezoek wordt binnenkort afgelegd om de training en werkwijze in de praktijk te bekijken. Binnen de Nederlandse speurhondenbranche en de forensische tak wordt zeer positief gereageerd op deze ontwikkelingen.