FBI oplossen cold case 1970: "Forensisch genetische genealogie hoop nabestaanden waar voorheen geen hoop was."
Meer dan een halve eeuw nadat Pamela Conyers, een middelbare scholier uit Maryland, gewurgd werd aangetroffen na haar verdwijning uit een plaatselijk winkelcentrum, kondigde het cold caseteam aan dat ze de zaak eindelijk hebben opgelost. Maar de verdachte, Forrest Clyde Williams III – die rechercheurs identificeerden met behulp van DNA-technologie en genetisch onderzoek – stierf in 2018 een natuurlijke dood. De cold caserechercheurs hebben hem niet in verband gebracht met andere onopgeloste misdaden, waardoor veel onbeantwoorde vragen overblijven voor inwoners van de hechte buitenwijk buiten Baltimore in de Verenigde Staten.
Op de avond van de verdwijning van Conyers woonde de 16-jarige een bijeenkomst op de middelbare school bij en reed toen naar het winkelcentrum. Haar ouders gaven haar als vermist op toen ze nooit meer terugkwam van boodschappen doen. Vier dagen later ontdekten de autoriteiten haar lichaam in een bosrijke omgeving, niet ver van de gezinsauto waarin ze reed. Er waren geen aanwijzingen dat Conyers haar beschuldigde moordenaar kende, zeiden politiefunctionarissen van Anne Arundel County op de persconferentie. Ze zeiden ook dat ze de mogelijkheid niet hebben uitgesloten dat er nog een verdachte bij betrokken was, wat betekent dat de zaak nog niet als gesloten wordt beschouwd. Federale en lokale functionarissen prezen de cold caserechercheurs voor hun decennialange zoektocht naar gerechtigheid in de zaak.
"We zijn verheugd om Pamela Conyers en haar dierbaren een zekere mate van gerechtigheid te bezorgen", zei FBI-agent Tom Sobocinski. "Zaken kunnen een cold case worden, cold caserechercheurs kunnen van werkplek veranderen, maar dit bewijst dat voor justitie en politie slachtoffers nooit worden vergeten." Het cold caseteam gebruikte DNA-analyse en een proces genaamd onderzoekende genetische genealogie, die beide niet bestonden toen Conyers in 1970 werd vermoord, zei Sobocinski. Toen onderzoekers bewijs verzamelden van de plaats delict in 1970, hadden ze geen idee hoe het later zou kunnen worden gebruikt. Maar cold case-rechercheurs hebben onlangs een DNA-profiel ontwikkeld dat ze hebben vergeleken met informatie die beschikbaar is in openbaar toegankelijke genealogische databases. Dat stelde hen in staat om potentiële familieleden van de verdachte te identificeren, een stamboom te maken en uiteindelijk Williams te lokaliseren. Hij weigerde te specificeren welke familieleden hen naar Williams hebben geleid of het proces in detail te beschrijven.
Maar Sobocinski zei dat de zaak aantoont hoe evoluerende technologie rechercheurs in staat stelt cold cases op te lossen, een proces dat "hoop heeft gegeven waar er voorheen geen was".