UPDATE Probleem pilot toepassing forensisch genetische genealogie: het ontbreken van cold casecultuur en -beleid minister Justitie en Veiligheid
UPDATE Problemen worden nauwelijks opgelost, er komen slechts meer en meer problemen. Dat is wel een beetje het adagium rond de centrale overheid in relatie tot de aanpak van cold cases en vermiste personen. De Inspectie Justitie en Veiligheid en het WODC zetten bijvoorbeeld nog steeds geen stappen richting kwalitatief toezicht en onderzoek rond het proces van de aanpak van cold cases en vermiste personen. Dat dit wel degelijk nodig is blijkt wel uit het gehele ambtelijke traject rond de inzet van DNA-technieken in cold cases en vermiste personen. Het is schokkend om te lezen hoe bijna amateuristisch men te werk gaat en waar kennis en ervaring ontbreekt om dit vanuit het departement op een proactieve wijze te sturen. Het is het departement gelukt om alle belangrijke organisaties als het Openbaar Ministerie, de Nationale Politie en het Nederlands Forensisch Onderzoek onderling in verwarring te brengen. De departementen constateren dat het wetgeving-technisch niet (altijd) mogelijk is om DNA in te zetten in cold cases en vermiste personen, echter oplossend vermogen door diezelfde departementen bleek lastig te zijn. De druk voor de Nationale Politie neemt op een onredelijke wijze verder toe, omdat iedereen wijst naar de politie als het gaat om de oplossingspercentages.
---------------------------------------------------------
Het nieuws stond er vol van. Televisieprogramma's besteedden er uren aan. Het Openbaar Ministerie en het Nederlands Forensisch Instituut starten een pilot met (commerciële private) genealogische DNA-databanken. De minister van Justitie en Veiligheid en de ambtenaren op het departement zijn nog aan het onderzoeken hoe de methode kan worden toegepast bij onbekende doden in niet-strafzaken, dit in verband met de privacyregels. Daarentegen is het een daadkrachtige creatieve stap van het Openbaar Ministerie als het gaat om de toepassing van de rechtsregels in strafzaken, maar van belang is om niet te vroeg te juichen. Het is überhaupt nog niet zeker dat het Openbaar Ministerie en het Nederlands Forensisch Instituut aan de slag kunnen met de methode van forensisch genetische genealogie.
Voordat daadwerkelijk gebruik zal kunnen worden gemaakt van de methode dient eerst nog de toets der rechter-commissaris plaats te vinden. Landelijk forensisch Officier van Justitie Mirjam Warnaar zal vorderen dat de rechter-commissaris met het oog op de opsporing van een strafbaar feit onderzoekshandelingen verricht. De Officier van Justitie geeft daarbij een omschrijving van het feit waarop het onderzoek betrekking dient te hebben en van de door de Officier van Justitie gewenste onderzoekshandelingen. De rechter-commissaris beslist uiteindelijk bij een met redenen omklede beschikking. Het is nu wachten op de beslissing van de rechter-commissaris.
Officier van Justitie Warnaar heeft zich eerder uitgesproken over problemen in de forensische keten. Begin 2022 werd door de Inspectie Gezondheidszorg geconstateerd dat er te weinig forensisch artsen zijn in Nederland. De situatie bleek toen niet lang houdbaar meer en waren er signalen dat het bijna niet meer te doen was om werkroosters rond te krijgen. "Dat gaat nog erger worden vanwege de uitstroom van het aantal artsen", aldus Warnaar. "Een deel gaat met pensioen en veel jonge studenten geneeskunde kiezen voor een ander vakgebied. Het tekort zorgt ervoor dat strafzaken vertraging kunnen oplopen. Dit heeft consequenties voor slachtoffers en verdachten. Ik denk dat het meest directe gevolg gaat zijn dat strafzaken vertraging oplopen. Want we hebben de rapportages die de forensisch artsen maken, nodig in de zittingszaal.", vervolgde Warnaar.
Het ontbreken van mensen, middelen en geld bij de aanpak van cold cases en vermiste personen in strafzaken zal ook nu Warnaar gaan opspelen. De aankomende pilot is al een uitdaging voor de aanstaande rechterlijke toets voor de toepassing van de methode, maar de uitvoering van de opsporingsketen rond de methode zal nog veel uitdagender zijn. De problemen bij de aanpak van cold cases en vermiste personen duurt al jaren. Het probleem van de pilot van de toepassing van de forensisch genetische genealogie is het beleid rond de infrastructuur bij de aanpak van cold cases en vermiste personen. Sinds de inrichting van de Nationale Politie is weinig tot niet geïnvesteerd in de kwaliteit en kwantiteit van de aanpak van cold cases en vermiste personen. Het oplossingspercentrage van cold cases en vermiste personen blijft ver achter, zeker gezien de digitale en biologische forensische mogelijkheden die zich steeds meer voordoen. De tactische en operationele werkvloer van justitie en politie spartelt en probeert het hoofd boven water te houden. Beter dan dit gaat het niet worden, zeker bij het ontbreken van daadkrachtig, transparant en zichtbaar leiderschap. Wie zijn die Officier van Justitie en die Commissaris van Politie die cold cases en vermiste personen in hun portefeuille hebben en die nu op gaan staan en eisen dat er wordt geïnvesteerd in de aanpak?
Recent is duidelijk geworden dat de minister van Justitie en Veiligheid geen investeringen doet in mensen, middelen en geld bij de aanpak van cold cases en vermiste personen. Sterker nog, bij een parlementair overleg was de minister van Justitie en Veiligheid zich niet bewust van het feit dat de aanpak van cold cases en vermiste personen in haar portefeuille hoorde en niet in de portefeuille Rechtsbescherming van haar ambtgenoot. De aanpak van cold cases en vermiste personen staat volledig niet op de parlementaire kaart en hoe goed de resultaten van forensisch onderzoek ook zullen zijn: het ontbreekt volledig aan een kwalitatief en kwantitatief goede infrastructuur voor tactisch en operationeel onderzoek. In het kort: Wie gaan het doen binnen justitie en politie als de methode forensisch genetische genealogie een enorm succes wordt zoals dit internationaal al is? Wie gaan al die nieuwe getuigen horen, de tips verwerken en het dossier opmaken? Gaan al die andere kansrijke cold cases en vermiste personen uit opportunistisch handelen dan in de kast? Recent is al in het nieuws gekomen dat politie en justitie onder een enorme druk staan, dus een nieuwigheidje als methode zal de werkdruk alleen nog maar verhogen.
Voor de gehele keten van de aanpak van cold cases en vermiste personen ontbreekt een visie, beleid en wetgeving vanuit het departement. Ook de Inspectie Justitie en Veiligheid alsmede het WODC hebben hun taak niet opgepakt, ondanks dat er al eerder signalen in 2018 waren dat de aanpak van cold cases en vermiste personen ondermaats was. De aanpak valt onder het generieke opsporingsproces, terwijl al lang en breed uit empirische en wetenschappelijke benaderingen blijkt dat de aanpak van cold cases en vermiste personen een specialisme is. En dit vergt dan ook specialisten op een hoog niveau binnen het opsporingsproces. Voor het geval dat de methode van forensische genetische genealogie net zo'n succes gaat worden als in de Verenigde Staten en andere landen, dan zullen het Openbaar Ministerie en het Nederlands Forensisch Instituut aanlopen tegen de inferieure kwaliteit en kwantiteit bij het tactische en operationele deel van de aanpak van cold cases en vermiste personen. Het is overigens de huidige bezetting van de "cold caseteams" niets te verwijten, ook zij zijn afhankelijk van daadkrachtige leiders in het proces. Iets waar het nu precies aan ontbreekt.
Tijdens het interview deed de interviewster van de NPO, zonder dat ze het zelf wist, nog een verhelderende uitspraak: "Er komt nog wel ouderwets politiewerk aan te pas." Iets waar menigeen in justitie en politieland volledig aan voorbij gaat. Het opvallende aan het interview bij NPO1 was dat het Nederlands Forensisch Instituut, het Openbaar Ministerie en een misdaadjournalist aan tafel zaten. Belangrijke spelers als de Nationale Politie en het departement van Justitie en Veiligheid zaten niet aan tafel en hebben tot op heden nog niet uitgebreid gereageerd op de pilot van het Openbaar Ministerie en het Nederlands Forensisch Instituut. Zeker niet als het gaat om de vraag: : Hoe gaan we dit in de huidige krapte vorm geven?"
Vanuit het departement is al aangegeven dat er geen specifiek Programma of Taskforce komt voor een centrale aanpak van cold cases en vermiste personen en de Nationale Politie is al helemaal stil als het gaat om de verantwoording rond de huidige aanpak van cold cases en vermiste personen. Dit terwijl er een groot aantal redenen zijn om als minister van Justitie en Veiligheid een dergelijk centraal programma of taskforce op te zetten:
- het ontbreken van een cold case en vermiste personencultuur binnen het departement van Justitie en Veiligheid (en overige departementen)
- het ontbreken van specifieke wetgeving met verantwoordelijkheden en verantwoording, zoals het voortborduren van concept Wet verplichte aanpak cold cases en vermiste personen op basis van wetgeving van de Amerikaanse senaat
- het herstellen van het overbrengen van inferieure informatie binnen het parlement over de aantallen cold cases in Nederland en overgaan tot het in beeld brengen van gevalideerde gegevens van cold cases en vermiste personen
- het niet bij kunnen benen van de Voorzieningen cold cases en vermiste personen in de eenheden van de Nationale Politie bij de digitale en biologisch forensische ontwikkelingen
- het ontbreken van een centrale aanpak en coördinatie van de aanpak van cold cases en vermiste personen, lerend van het succes van het voormalige Landelijke Team Kindermoorden en de succesvolle centrale aanpak in bijvoorbeeld Frankrijk
- het ontbreken van jaarplannen en jaarverslagen met een visie en verantwoording van de aanpak van cold cases en vermiste personen ten behoeve van de parlementaire verantwoordingsclyclus
- het in beeld brengen van het proces "Aanpak cold cases en vermiste personen" naar aanleiding van het onderzoek Doorlichting strafrechtketen door PWC
- het ontbreken van een toezichtprogramma bij de Inspectie Justitie en Veiligheid
- het ontbreken van onderzoeksprogramma bij het Wetenschappelijk Onderzoek en Documentatie Centrum
- het ontbreken van specialistische opleidingen en cursussen voor ambtenaren, politiemensen, officieren van justitie en parketsecretarissen en andere professionals
- het ontbreken van de doorontwikkeling van de Voorzieningen Cold Cases en Vermiste Personen zoals gesteld binnen de Inrichting van de Nationale Politie
- het tekort aan full-time equivalents (professionals) zoals Officier van Justitie, parketsecretarissen en tactische cold caserechercheurs
- het ontbreken aan een compleet overzicht van de aanwezige dossiers en stukken van overtuiging van de cold cases en vermiste personen alsmede de voortgang van de digitalisering binnen het proces
- de diversiteit van de bezetting en inrichtingen van de voorzieningen cold cases en vermiste personen binnen de eenheden van de Nationale Politie
- toetsing van het huidige beleid en uitvoering van de Opsporingscommunicatie bij de aanpak van cold cases en vermiste personen, zoals het schimmige proces rond het verdwijnen van de Cold Case Kalender en het verbergen van de evaluatie hiervan
- toetsing van de wetgeving en de uitvoering van het beleid aangaande de mogelijkheden tot de inzage, kennisnemen en verstrekken van het dossier of delen van het dossier ten behoeve van de waarheidsvinding aan nabestaanden, advocaten, misdaadjournalisten en particulier onderzoekers in volledig vastgelopen cold cases en vermiste personen
- het verruimen van de budgetten voor mensen, middelen, forensisch onderzoek en digitalisering bij de aanpak van cold cases en vermiste personen
- het niet daadkrachtig inspelen op internationale ontwikkelingen, zoals forensisch genetische genealogie, publiekelijk beschikbare digitale platforms en de inzet van genealogische speurhonden
- het ontbreken van kwaliteitsmanagement systemen in de keten van de aanpak van cold cases en vermiste personen, zoals ISO-certificering
Kortom: Voor de aanpak van cold cases en vermiste personen liggen al jaren uitdagingen, tot frustratie van de nabestaanden die zich niet of nauwelijks gehoord voelen door de politiek. Voorlopig gaat de methode ingezet worden in twee cold casezaken, die voldoen aan de belangrijke voorwaarden om de methode toe te passen. De methode zal niet in alle meer dan 2000 cold cases toegepast kunnen worden, maar als bijvoorbeeld 2,5% kans heeft dan is er sprake van een werkvoorraad 50 cold cases. Een onmogelijk taak bij de huidige inrichting van de cold caseorganisatie in Nederland. Canada, Australië, Noorwegen en Amerika hebben inmiddels honderden wellicht inmiddels al boven de duizend zaken opgelost in een zeer korte tijd. De doorlooptijden in het buitenland worden steeds korter door onderzoeksteams die speciaal zijn ingericht voor dit doel.
"Als het onderzoek kan plaatsvinden en resulteert in matches met (verre) verwanten, is er vervolgens nog een langdurig onderzoekstraject te gaan. Stamboomroutes moeten worden doorlopen, om uiteindelijk bij de persoon uit te komen die mogelijk de dader of het onbekende slachtoffer is. Het gehele onderzoekstraject is een kwestie van een lange adem", aldus landelijk forensisch Officier van Justitie Mirjam Warnaar. Warnaar hoopt dat deze pilot uiteindelijk een doorbraak zal geven in minimaal één van de geselecteerde cold cases. ’Dat zou een geweldig resultaat zijn. En het geeft ons inzicht in de wijze waarop we deze opsporingsmethode in de toekomst in Nederland willen en kunnen inzetten.’
De treurige constatering is dat de organisatie rond cold cases en vermiste personen nog lang niet klaar is voor zoveel succesvolle matches. De minister van Justitie en Veiligheid is echt aan zet om de huidige uitdagingen en problematieken daadkrachtig aan te gaan pakken.
Je zult maar nabestaande zijn.
Bekijk NPO uitzending met Lex Meulenbroek en Mirjam Warnaar
Bekijk persbericht Openbaar Ministerie
Bekijk mediabericht Nederlands Forensisch Instituut
Bekijk artikel 181 Wetboek van strafvordering
Bekijk mediabericht tekort forensisch artsen
Bekijk aanvullend mediabericht tekort forensisch artsen