Waar zit de cold casekennis in Nederland? Wie zijn specialisten? Buiten Nederland worden kennis en vaardigheden gedeeld met het veld.
Gepensioneerde rechercheurs en officieren van justitie en parketsecretarissen in (onopgeloste) zware dodelijke gewelds- en zedenzaken. Misdaadjournalisten. Advocaten. Particulier onderzoekers die ingezet worden bij cold cases. Wetenschappers, al dan niet in ruste. Search-and-rescue-specialisten. Burgerparticipanten en vrijwilligers. Om een cold case op te lossen zijn voornamelijk mensen nodig. Kennis, vaardigheden en ervaring. In Nederland is niet echt sprake van een (collectieve) cold casecultuur. Het zijn voornamelijk zelfstandig opererende pilaren die samenwerken vanuit een opportunistisch beginsel. Samenwerken wanneer het uitkomt. De centrale overheid zou een cold casecultuur moeten stimuleren en energie moeten steken om een netwerkorganisatie op te zetten. Een netwerkorganisatie die het op dit moment onwetende departement van Justitie en Veiligheid kan en zal helpen met het vormen van beleid en ook bij de uitvoering van het beleid. Vaak genoeg spelen eigen belangen een grote rol, waarbij het belang van de nabestaanden uit het oog wordt verloren.
Waar zit de cold casekennis in Nederland? Wie zijn die cold casespecialisten? De Nationale Politie beheert een lijst met deskundigheidsgebieden. Een behoorlijke lijst met bijzondere deskundigheidsgebieden, echter het deskundigheidsgebied "cold case" (en vermiste personen) wordt niet vermeld. Het is overduidelijk dat het departement van Justitie & Veiligheid, het Openbaar Ministerie en de Nationale Politie eigenlijk geen zicht heeft wie de cold casespecialisten zijn. Sterker nog, de gremia zijn dusdanig intern gericht dat externe deskundigen niet of nauwelijks worden betrokken bij cold cases. Justitie en politie hebben voornamelijk een visie dat het ze zelf wel lukt om onopgeloste zaken alsnog op te lossen.
Voor het departement van Justitie en Veiligheid ligt een informatieve taak in de vorm van het opzetten van een platform om kennis te delen rond de ervaringen bij de aanpak van cold cases en vermiste personen. Een veel gehoord excuus bij de aanpak van cold cases en vermiste personen is dat het ontbreekt aan geld, mensen en middelen. Een intensieve publiek-privaatrechtelijke samenwerking kan een deel ondervangen, alleen voor dit initiatief is een stimulator nodig: de minister van Justitie en Veiligheid.
Een goed voorbeeld is de ervaringen die zijn opgedaan met de seriemoordenaars in Nederland. Misdaadjournalisten hebben er enkele boeken over geschreven, maar bijvoorbeeld na de dood van Gerard Spruijt in 1989, Hans van Zon in 1998, Michel Stockx in 2001 en Koos Hertogs in 2015 is het stil gebleven. Ondanks het feit dat wellicht nog een aantal onopgeloste moorden nog tot waarheidsvinding kunnen komen gezien de huidige stand van de forensische wetenschap. Nederland kent geen platform waar net als in het buitenland geleerd wordt uit het verleden. Bovengenoemde seriemoordenaars zijn verantwoordelijk voor een groot aantal moorden en verkrachtingen waar veel van kan worden geleerd. Hun denkwijze, hun levenspad, hun lange detentie en hun gedrag na de gepleegde moorden. Wie heeft ooit de oud-rechercheurs, -advocaten, -rechters, -forensische medewerkers, -medici en -gevangenbewaarders benaderd om meer te weten te komen?
In Nederland zit nog ongelofelijk veel kennis (en vaardigheid) die gedeeld kan worden. In het buitenland gaan de ontwikkelingen qua transparantie en daadkrach inmiddels veel sneller dan in Nederland. Forensisch kan Nederland een woordje bijdragen in een discussie en is Nederland op sommige gebieden leidend, echter bij de doorontwikkeling van de aanpak van cold cases en vermiste personen is er mist, weinig transparantie en investeert de minister van Justitie en Veiligheid niet of nauwelijks in de aanpak van cold cases en vermiste personen. Wie zijn eigenlijk die beleidsambtenaren die de minister adviseren? Hebben die wel een operationele achtergrond met vakdeskundigheid of zijn het generieke afgestudeerden in geschiedenis, bestuurskunde en politicologie die periodiek een veldbezoek afleggen?
Het is dat enkele hogescholen en universiteiten een zogenaamde minor "cold case" aanbieden, want ook de Politieacademie is te passief als het gaat om het delen van kennis en vaardigheden. Ook het wetenschappelijke bureau (WODC) van Justitie & Veiligheid heeft het proces cold case en vermiste personen jarenlang laten versloffen.
Wellicht is er elan te halen uit bijvoorbeeld de initiatieven van het International Homicide Investigation Assocation (IHIA). Kelly Otis was rechercheur moordzaken bij de Wichita State Police in 2004 toen de BTK-moordenaar - een afkorting van bind, foltering, doden - via een brief contact opnam met de politie als de media. De politie heeft toen een taskforce samengesteld. Het IHIA laat Otis aan het woord komen tijdens een speciaal evenement om zijn ervaringen te delen met het professionele werkveld. Iets wat het IHIA met zeer grote regelmaat organiseert. Dergelijke evenementen om kennis en vaardigheden te delen met cold case en vermiste personen-partners vinden in het buitenland met grote regelmaat plaats, iets wat meehelpt tot het opbouwen van een cold casecultuur.
De enige die een cold casecultuur kan bewerkstelligen is de minister van Justitie & Veiligheid door het oprichten en organiseren van een Programma en Taskforce Cold Cases en Vermiste Personen.
Wanneer verschijnt de Nederlandse vorm van het IHIA?
Bekijk website IHIA
Download flyer
Wikipedia BTK Killer
Bekijk artikel over Nederlandse seriemoordenaars
Download flyer
Wikipedia BTK Killer
Bekijk artikel over Nederlandse seriemoordenaars