In cold cases kan ‘het opnieuw horen van een getuige, zelfs heel veel later, doorslaggevend zijn’. Een expert vertelt.
In Europa is Frankrijk wellicht het voorbeeld voor het doorvoeren van een centrale organisatie bij de aanpak van cold cases en vermiste personen. Virginie Lemercier, die leiding geeft aan de onderzoeksafdeling en deelneemt aan de complexe onderzoeken van de Diane-divisie, die verantwoordelijk is voor onopgeloste zaken legt uit welke methoden worden toegepast wanneer haar onderzoekers deze dossiers in behandeling nemen. Het dossier in zijn geheel herlezen en deconstrueren het vervolgens volledig. De chronologie ervan wordt gebroken en de verschillende stukken worden gegroepeerd per type document: hoorzittingen, onderzoekshandelingen, vorderingen, bevindingen op de plaats delict, rapporten van politiehechtenis, foto’s. Als bijvoorbeeld een getuige die twee dagen later werd gehoord in die tijd en een verklaring heeft afgelegd, dan wordt zo'n getuige zelfs na een lange tijd weer verhoord. Uit ervaring van de Franse specialisten blijkt dat het opnieuw horen van een getuige zelfs na een lange tijd doorslaggevend kan zijn. De Franse overheid heeft voor dit doel ook mensen, geld en middelen beschikbaar gesteld voor de centraal geleide organisatie onder verantwoordelijkheid van Virginie Lemercier. Nu kunnen er activiteiten worden ontplooid die wellicht destijds tactisch niet mogelijk waren.
Het opnieuw horen van een getuige hoeft niet eens direct een nieuwe verklaring op te leveren, maar het gevolg kan ook zijn dat op een later moment zo'n getuige nog op een anonieme wijze met nieuwe informatie komt. Een goed voorbeeld hiervan is een zaak uit 1970 die zich afspeelt in het zuiden van Canada tegen de grens van de Verenigde Staten.
Een anonieme brief heeft geleid tot verdere opsporingsactiviteiten in een cold case waarbij een baby dood werd aangetroffen in de buurt van Swift Current. Het coldcaseteam zijn op zoek naar de eigenaren van twee interessante voertuigen, beide gezien in de buurt van de plaats delict in april 1970. Eén was een groenachtig blauwe auto uit eind jaren zestig, mogelijk een Buick. De tweede was een koperkleurige vrachtwagen met een chromen bumper en voetrails. Mogelijk hebben deze twee voertuigen iets te maken met de tas waar de overblijfselen van een jongetje werd aangetroffen. Het kind is nooit geïdentificeerd. Voor het coldcaseteam schuilt er urgentie achter het beëindigen van dit decennia-oude mysterie: het verstrijken van de tijd. De mensen die mogelijk directe kennis hebben over de baby, die niet ouder was dan een maand, zijn waarschijnlijk tussen de 60 en 80 jaar oud.
“Gebaseerd op de informatie die we hebben, kan dit onze laatste kans zijn om antwoorden te vinden op wat er is gebeurd en om te begrijpen wat de omstandigheden waren”, zegt Tanya Gordon van de Historical Case Unit van het Saskatchewan politiekorps. De eenheid wil de jongen identificeren en zijn naam toevoegen aan het grafmonument. Coldcaserechercheur Gordon heeft onlangs het dossier overgenomen als hoofdonderzoeker. De politie ontving een anonieme brief nadat de StarPhoenix afgelopen voorjaar een verhaal publiceerde over cold cases uit die tijd, waaronder dit specifieke onderzoek.
De brief, zei Gordon, bevatte een zeer gedetailleerd verslag van de observaties van de auteur. De schrijver van de brief schrijft dat ze misschien niet noodzakelijkerwijs directe betrokkenheid of contact hadden met de mensen die de stoffelijke resten van de baby bij de rivier achterlieten. De informatie kwam echter overeen met andere informatie die onderzoekers hadden verzameld.
Het gevaar in cold cases zit in het "wachten" op een forensische hit, echter uit ervaringen van gespecialiseerde cold caseteams is dat het onder de aandacht houden van dit soort zaken en het praten met getuigen uit die tijd nieuwe relevante informatie oplevert. Het succes is echter alleen te behalen met een goede centraal geleide organisatie en een investering in mensen, middelen en geld.
Bekijk het interview
Bekijk het Canadese mediabericht